HISTORISCHE SCHETS

Allereerst waar komt de naam IJhorst vandaan, hier over hebben onderzoekers verschillende meningen. Er wordt o.a. vermeld dat het is ontleend aan Iwehorst of ter Iwehorst. Iwe is de Latijnse naam voor Taxus. Taxus baccata is de ,,snotterbezieboom”  die stond vroeger veel aangeplant op begraafplaatsen.
Een hoogte wordt ook wel een horst genoemd, als je er vanuit gaat dat ook vroeger een begraafplaats op een hoog gelegen plaats werd aangelegd, waar veel iwe(bomen) stonden, dan is het verband gauw gelegd, Iwehorst. Ook komen we de naam Ywehorstevene tegen, van beide plaatsnamen kan IJhorst afgeleid zijn.
Burg. F.A. Ebbinge Wubben vermeldt in zijn boek uit 1835: In de bulle van Paus Pius IV staat Uwerst en wordt onder plaatsen van het Groninger Bisdom geteld.
Met het woord Uwerst zouden zowel IJhorst als de Rieverst in verband kunnen worden gebracht.
IJhorst wordt n.l. in de volksmond de Rieverst genoemd. Hoe dat is ontstaan, ook daar over zijn de meningen verdeeld. Het meest aannemelijke is, dat in vroegere tijden de landlieden de naam Rievers of Drievers gebruikten.
In deze omgeving zie je dat bij veel plaatsen (gehuchten) de voor de plaatsnaam staat, zoals de Havikshorst, de Lankhorst, de Kievitshaar, de Schiphorst, enz.
Als je van de naam Rievers uitgaat en je plaatst daar de voor, wordt het logisch
de Rievers(t).
Maar zoals gezegd zou de Rieverst ook afgeleid kunnen zijn van Uwerst
De oudste vermelding van IJhorst stamt uit een stuk van het jaar 1176, waarin gesproken wordt van vijf hoeven langs de Reste (Reest).
In dat stuk van 1176 laat de Bisschop van Utrecht weten dat hij de belasting opbrengsten van
vijf huizen langs de Reest schenkt aan het klooster van Dickninge. Deze vijf huizen worden niet met naam genoemd, maar waarschijnlijk lagen er twee aan de Overijsschelse kant.

In een akte uit 1217 blijkt dat twee hoeven, Bugenigge (Beugelen) en de Esphorst (de Respers)
in het bezit waren van de Ruiner monniken, dus mogen we er vanuit gaan dat het om deze hoeven ging in het stuk van 1176. In het begin van de zeventiende eeuw woonde de Hoogschout van Hasselt te IJhorst op de Esphorst. Hij was lid van de familie Keppelfox, in die tijd eigenaar van het landgoed de Esphorst.
Er is vervolgens een akte uit 1283 waarin gesproken wordt van een erf op de Lankhorst.
Dit erf komt eveneens voor in een stuk uit 1437. Uit de omschrijving blijkt, dat het ligt in het kerspel IJhorst.
Burg. F.A. Ebbinge Wubben vermeldt in zijn boek van 1835 dat in 1398 het erve Bozestein (Beugelen), alsmede andere goederen in het kerspel IJhorst, bij acte van Geert toe der Hofstede, aan Dickninge overgaan.
Hieruit blijkt dat IJhorst in die dagen nog niet met Staphorst verenigd was, omdat het zijn eigen ,, sworen” (Rechters of Scholtussen) bezat.
Als zodanig worden genoemd: Tijdeman Tijdenszoon van Ywehorstervene (1365),
Rolof Willemszoon (1396), Geert toe der Hofstede (1398) en Wolter toe Lankhorst (1438).
In de vijftiende eeuw zijn Staphorst en IJhorst één kerspel geworden, drie eeuwen later werd Rouveen daar ook aan toegevoegd.
In de veertiende eeuw wordt er gesproken over zestien volle erven langs de Reest, welke lange tijd in een oorspronkelijke grootte bestaan hebben.

De volgende erven worden als zodanig genoemd: de Hoogenkamp (in 1702 bewoond door Geuchjen Alberts), de Esphorst ( eigendom van de heer van Raesfelt), erve het Veldhuis, Striks-erve ( eigendom van de stad Hasselt),  Bezoens-erve (eigendom van de Schulte van De Wijk), het Zwartewater-erve, (in 1682 bewoond door Jan Geugijs), de Pastorie-erve, (in 1682 bewoond door Harmen Coobuijs), Erve ter Horst, (eigendom van de familie Engelenberg, in 1682 bewoond door Warner Geuchjens), Erve ter Haar, Inbergs-erve, Convents Schots erf  (wordt pas in 1606 genoemd en is ontstaan uit vervening van gronden, oorspronkelijk tot andere erven behorend), ‘ t Beugelinge of Bogelinghe erf, Erve De Lankhorst (de Ruststee), Erve de Hofstee, Erve de Lomberslanden (in 1682 eigendom van Lombert van Hassel), Erve ter Overlankhorst (achter op de Lankhorst).
De gronden ten oosten van de Reggersweg behoorden vroeger bij IJhorst. De Reggersweg was tot omstreeks 1800 de scheiding tussen Staphorst en IJhorst, het geen blijkt uit kerkelijke archieven en een kadasterkaart van 1835.    
Vermeld dient nog te worden dat in het kerspel IJhorst tussen 1600 en 1700, drie zeer aanzienlijke huizen hebben gestaan. Tegen de grens met de gemeente Avereest lag de Havezathe ,,De Pol, bij de kerk het herenhuis ,,Tengnagel, van de Erven Engelenberg, omstreeks 1800 behorende tot de heren Gebr. Slot, wijnhandelaren in Meppel.
In de Leijen zijn uit die tijd nog overblijfselen gevonden van grachten en lanen, behoord hebbende bij een kasteel van het geslacht van Munster.